Featured image for “Artikel in de Volkskrant 21 aug. 2024”

Artikel in de Volkskrant 21 aug. 2024

22 augustus 2024 door Rocco Coronel

Artikel in de Volkskrant 21 aug. 2024

Door Rocco Coronel

Een artikel uit de Volkskrant.

Lees het artikel hier:

https://www.volkskrant.nl/sport/de-droom-van-een-formule-1-loopbaan-begint-in-de-karts-maar-ook-dan-heb-je-een-zak-geld-nodig~bdc0742e/

De droom van een Formule 1-loopbaan begint in de karts, maar ook dan heb je een zak geld nodig

Bijna alle Formule 1-coureurs die zondag in Zandvoort aan de start staan van de Grand Prix van Nederland, zijn ooit begonnen in de karts. De Volkskrant liep met twee Nederlandse talenten mee op de kartbaan, waar geld belangrijker is dan talent.

Frank Hills en Pim Huberts 21 augustus 2024, 12:57

Door de hoofdstraat van het dorp Argentonnay, niet ver van Angers in de Franse Loirestreek, rijdt een paar keer per jaar een karavaan van vrachtwagens, personenauto’s en kolossale campers gevuld met karts, getalenteerde coureurs, ouders, coaches en monteurs. Binnen een paar uur wordt het Circuit International de Karting getransformeerd tot bruisende kweekvijver van internationaal karttalent.

Want, zo weet iedereen, hier moet je het laten zien als je door wilt stoten richting de Formule 4 en misschien zelfs de Formule 1. Max Verstappen, Lando Norris, Charles Leclerc en George Russell streden hier in het verleden om Europese titels. Allemaal eindigden ze op het podium.

Het is een lange weg om de Formule 1 te bereiken. Voordat talentvolle racers überhaupt in een formule-auto stappen, maken ze vele kilometers in een kleinere racewagen: de kart.

Ook autocoureur en Formule 1-analist Tom Coronel is met zijn 13-jarige zoon Rocco met de camper van Nederland naar Frankrijk gekomen. Vier dagen lang gaat Rocco hier testen, kwalificeren en uiteindelijk racen in de OK-juniorklasse voor 12 tot 14 jaar.

50 meter van de camper van Coronel ligt de baan. 1.300 meter asfalt vol scherpe bochten en daarnaast een tribune met ouders, scouts en coaches. Bovenaan staan enkele cameramannen voor livestreams en analyses, een van hen is in dienst van Rocco. ’s Avonds kijkt hij met zijn vader de beelden terug.

De racedroom

Nog eens 100 meter verder begint de paddock, waar monteurs in grote witte tenten sleutelen aan karts, en kinderen in racepakken wachten op de volgende race. Waar in de ene tent data-analisten de resultaten van de jonge racetalenten nauwkeurig onder de loep nemen, bevat de andere tent slechts één kart met een druk sleutelende vader. Het kartweekend is proeven aan datgene waarvan ieder racetalent droomt: het leven van een Formule 1-coureur.

Als de eerste testrit van Rocco erop zit, pakt hij zijn rust in de camper door een YouTube-video te kijken over auto-onderhoud. Buiten zet Coronel senior koffie. Tafel, stoelen, fruitschaal, koffiezetapparaat, flesjes water, alles heeft hij meegenomen uit Nederland. ‘Want een blikje cola kost hier al snel 3 euro’, zegt Coronel. Zijn Duitse buurman, de vader van een ander karttalent, maakt zich zorgen of de elektriciteit wel werkt.

Trots laat Coronel foto’s en filmpjes van zijn zoon zien. ‘Moet je hier eens kijken, Rocco was amper 4 jaar oud toen hij voor het eerst in een kart stapte. Mijn vader reed al, mijn broers en ik ook en mijn vrouw komt ook uit een echte autosportfamilie.’ Het begon speels, met rondjes rijden puur voor plezier. Toen Rocco 6 jaar was, reed hij in Emmen zijn eerste wedstrijd. Coronel heeft het filmpje nog. ‘Wat ga je doen, Rocco?’, vraagt zijn toenmalige coach Björn Bakker. ‘Racen!’, antwoordt hij enthousiast van onder een enorme helm, duidelijk te groot voor zijn hoofd.

Dat Rocco talent heeft, is inmiddels duidelijk. Na kampioenschappen in Franse, Italiaanse en Europese jeugddivisies, won hij in maart in Valencia zijn eerste race in de Champions of the Future-klasse. ‘Dat was een echte regenrace, waar wij als Nederlanders natuurlijk goed in zijn’, verwijst Rocco naar de vele races die Max Verstappen in de regen won. ‘Toen heeft Rocco mij écht overtuigd van zijn talent’, vervolgt zijn vader. ‘Ik besloot meteen om zelf minder te racen en meer tijd te steken in Rocco.’

Inmiddels hebben ze een afspraak met elkaar die heilig is. ‘Ik focus me op het racen, papa regelt alles daarbuiten’, zegt Rocco. De kennis en connecties van Coronel komen heel goed van pas. Coronel: ‘Er zijn weinig coureurs op aarde die meer rondjes op circuit Zandvoort hebben gereden dan ik. Maar uiteindelijk moet Rocco het zelf op het circuit laten zien.’

15 duizend per weekeinde

Racen zonder grote financiële steun is onmogelijk. ‘Er lopen hier veel kinderen rond met ouders die bereid zijn 15 duizend euro per raceweekeinde uit te geven, zodat ze in een goed team kunnen rijden’, zegt Coronel, onder het geluid van een overvliegende privéhelikopter.

Rocco rijdt voor het Franse Victory Lane. Een team met meerdere karts per racer en slimme monteurs, maar zonder de analytische snufjes die andere teams tot hun beschikking hebben. Wie geld heeft, mag meedoen aan de kartraces. Wie nóg meer geld heeft, koopt zich in bij een van de teams met het beste materiaal.

‘Voor ons is het ook niet goedkoop, maar ik wil juist niet dat Rocco altijd het beste materiaal heeft. Hij moet het op eigen kracht en vanuit passie doen.’ Zoveel geld is er niet te verdienen in de kartsport. Het geld dat Coronel in zijn zoon ‘pompt’ is een investering. Hij hoopt dat zijn zoon het tot de Formule 1 zal schoppen. Coronel is dan ook stellig: ‘Het draait wel om winnen. Als hij tiende en vijftiende wordt, dan houdt het ook voor ons op. Je moet er wel vol voor gaan.’

‘Kijk over vijf jaar naar de Formule 1, dan vind je daarin sowieso een aantal namen terug van jongens die hier nu karten’, analyseert Coronel. Hier moet je opvallen. Dat teams uit het formuleracen meekijken, bewijst de carrière van Oleksandr Bondarev. De 15-jarige coureur uit Oekraïne werd eind vorig jaar toegevoegd aan de talentengroep van F1-team Williams Racing, maar rijdt dit weekeinde ‘gewoon’ nog op het kartcircuit in Frankrijk.

Buiten de tent van Rocco’s Franse team staat een van zijn teamgenoten zich te vervelen. Hoewel hij geen goede tijden rijdt, is hij wel altijd aanwezig bij de kartraces. Zelfs zonder veel talent kun je ver komen met een diepe portemonnee. ‘Hij werd vorige week opgehaald van het circuit met het privévliegtuig van zijn ouders’, vertelt Rocco. Een tweedaagse trip naar Monaco voor de verjaardag van zijn broer. ‘En dan zijn wij nog een bescheiden team’, zegt Coronel.

Geen luxe

Bij de 14-jarige Sacha van ’t Pad Bosch gaat het er anders aan toe. Hij slaapt niet in een luxe camper en komt niet uit een autosportfamilie. Het talent uit Nijkerk loopt de tent binnen waarin zijn kart staat uitgestald. In zijn handen draagt hij drie banden, die hij zojuist verderop zelf van extra lucht heeft voorzien.

Van ’t Pad Bosch racet om de Academy Trophy, een klasse waarvoor vijftig coureurs uit bijna net zoveel landen worden uitgenodigd. Elk land stuurt één karter naar het circuit. In de Academy-klasse is iedereen gelijk. Iedere racer rijdt in dezelfde kart, hoe groot zijn of haar financiële steun ook is. Een raceklasse die haaks staat op de rest van de autosport.

Zeven jaar geleden huurde de toen 7-jarige Nijkerker een kart met zijn vader en dat smaakte naar meer. Na lang rijden in huurkarts op de baan van de familie Coronel besloot zijn vader een kart voor hem te kopen. Van ’t Pad Bosch: ‘Toen ben ik in Lelystad veel gaan trainen onder Paul Konings, een oud-trainingsmaatje van Max Verstappen.’

Inmiddels mag hij, met een speciale dispensatieregeling vanwege zijn goede resultaten, op zijn 14de al testrijden in de Spaanse Formule 4, de eerste stap richting de Formule 1. ‘Het is heel moeilijk om een stoeltje in de Formule 1 te veroveren, maar ik wil er toch alles voor doen.’

Het grootste probleem is het binnenhalen van sponsorgeld. Een seizoen in de Formule 4 kost tonnen, maar de klasse is voor veel sponsoren nog te onbekend om erin geïnteresseerd te zijn. Dit geldt nog meer voor het karten. ‘Talent is eigenlijk niks hier. Het draait alleen maar om geld. Al moet je ook wel een perfect rondje rijden’, legt Van ’t Pad Bosch uit.

‘Het maakt natuurlijk uit in welk Formule 4-kampioenschap je rijdt’, zegt Coronel. ‘Italië is het meest prestigieus en daar kijken de meeste teams naar. Dan zit je al snel op acht ton tot een miljoen euro per seizoen. Formule 3 kost 1,5 miljoen euro en Formule 2 ongeveer 2 miljoen. En bedenk dat je meestal wel twee seizoenen in elke klasse rijdt.’

Totale kostenplaatje om de Formule 1 te halen? Coronel schat het rond de 10 miljoen euro. Kortom: alleen kinderen met steenrijke ouders of grote sponsors kunnen Formule 1-coureur worden. Coureurs als Sacha en Rocco zitten bomvol racetalent, maar zonder financiële boost is de Formule 1 onhaalbaar.

In de racesport is geld misschien nog wel belangrijker dan talent. Het beste voorbeeld hiervan is F1-coureur Lance Stroll. De generatiegenoot van Verstappen racete in dezelfde kartklassen als Rocco en Sacha nu doen. Hij finishte vaker rond plek 20 dan dat hij op het podium belandde. Toch rijdt Stroll nu voor F1-team Aston Martin, waar vader en miljardair Lawrence Stroll (mede) aan de touwtjes trekt.

Proefwerken

Rocco en Sacha zijn ook gewoon middelbare scholieren. Zij moeten ook hun proefwerken met een voldoende afronden. ‘Als mijn cijfers niet goed zijn, dan moet ik stoppen van mijn ouders’, zegt Sacha. ‘Ik ga pas trainen als mijn huiswerk af is.’ Rocco is vaker op het circuit te vinden dan in de schoolbanken. ‘Ik ga alleen op maandag en dinsdag naar school. De andere dagen ben ik op pad.’ Zijn lessen volgt hij vaker online dan in de klas. ‘Vorige week had ik heel veel toetsen en toen kreeg ik wel even een error.’

Die hectiek is volgens vader Tom Coronel een van de aspecten waarmee ze ook nu al, op jonge leeftijd, om moeten leren gaan. ‘Ze komen met media in aanraking en natuurlijk komen ze nu in de puberteit. Dan moeten ze ook gefocust blijven. Maar ze moeten uiteindelijk vooral het plezier behouden.’

Dat lijkt, ondanks de hevige concurrentie, tot nu toe te lukken. ‘Vanavond gaan we waarschijnlijk met een paar jongens Call of Duty spelen’, zegt Rocco terwijl verderop drie jongens op één elektrisch stepje voorbijscheuren. ‘Natuurlijk zijn we op de baan allemaal concurrenten, maar dat betekent niet dat je daarbuiten geen vrienden kunt zijn’.

De weg van karts naar Formule 1

Vrijwel alle Formule 1-racers zijn hun carrière begonnen in de kart. Vanaf het 11de jaar racen karttalenten in de OK-juniorklasse, vanaf 14 jaar in de snellere OK-klasse. De Academy Trophy is een landenrace. Verschillende nationale autosportfederaties laten één talent voor hun land racen. Wie opvalt in een van deze klassen, kan zich opmaken voor het echte werk: formuleracen. Met veel geluk, talent en geld kan een testrijder in een Formule 4-team doorgroeien naar wereldkampioen in de Formule 1.